De derde dans in de geschiedenis waarbij een man en een vrouw recht tegenover elkaar staan, is de Tango. Bij de Tango houdt de man de rechterhand van de vrouw in zijn linkerhand, terwijl hij zijn rechterarm om haar heengeslagen heeft. De eerste dans die in deze positie gedanst werd, was de Weense Wals, een rage die over heel Europa waaide in de jaren ’30 van de negentiende eeuw. Dit was, na de traditionele dansen in paarvorm, de eerste met een ontwikkelde choreografie. De tweede dans stond bekend als de Polka, en was de volgende rage in de jaren ’40 van diezelfde eeuw. Uiteindelijk ontwikkelde de Tango zich tot de derde dans in zijn soort, maar de dans verschilde van alle dansen die daarvoor hadden bestaan, aangezien er voor het eerst ook improvisatie bij kwam kijken.
Al snel hierna was de Tango van grote invloed op alle soorten dansen in paren in de twintigste eeuw. De dans had zijn ontwikkeling te danken aan de grote hoeveelheid immigranten die naar Argentini? kwamen, en die een heel arsenaal aan nieuwe dansen met zich meebrachten, met revolutionaire nieuwe passen en posities. Het is echter niet bekend hoe en wanneer de Tango zich precies ontwikkeld heeft vanuit de Weense Wals en de Polka, tot wat het vandaag de dag is. Dit heeft onder andere te maken met het feit dat de Tango voornamelijk gecre?erd is door het soort mensen over wie niet direct geschreven is in de geschiedenis en die geen duidelijke merktekens hebben achtergelaten. Het waren namelijk voornamelijk de armen en minder bedeelden die een rol speelden bij de evolutie van de Tango.
Het eerste stuk muziek dat geschreven en gepubliceerd werd in Argentini? en dat zichzelf geschreef als wat we nu kennen als ‘de Tango’ verscheen in 1857. Het was getiteld ‘Toma mate, che’, De naam ‘tango’ werd toen gebruikt voor wat vandaag de dag bekend staat als ‘Tango Andaluz’ of ‘Andalusische Tango’, een stijl van muziek die vanuit Spanje naar Zuid-Amerika was overgebracht. Spanje is het thuisland van de Flamenco, een andere populaire muziekstijl in Buenos Aires aan het midden van de negentiende eeuw.
Er bestaan veel verschillende theorie?n over de herkomst van het woord ‘tango’. Eén daarvan is dat het voortkomt uit de gemeenschap van afstammelingen van Afrikaanse slaven, die de naam van hun God van de trommel vermengden met het Spaanse woord voor trommel, ‘tambor’. De exactheid van deze theorie is echter nooit aangetoond, daar er geen bewijzen bestaan van Afrikaanse dansen waarin een man en een vrouw op dezelfde manier dansen zoals dat bij de tango het geval is. Aan de andere kant beoefenden Afrikanen in Buenos Aires net zo hard de tango, en oefenden hun invloed uit op de ontwikkeling van de dans en de muziek, als grote hoeveelheden immigranten afkomstig uit andere delen van de wereld. De groep die het meest van invloed was op die van de evolutie en de ontwikkeling van de Tango, was die van de armen, de ongeschoolden, en de minderbedeelde blanken. Uiteindelijk werd de tango tijdens de tweede helft van de negentiende eeuw gezongen in theaters in heel Buenos Aires.
De enorme toename aan populariteit zorgde ervoor dat de Tango aan het begin van de 20ste eeuw Europa bereikte, waar dansers en orkesten uit Buenos Aires naar Europese steden als Parijs, Londen, Berlijn en andere grote hoofdsteden trokken, waar toen de tangorage geboren werd.
Het begin van de Economische Crisis van 1929 leidde echter tot een vermindering van de populariteit van de Tango in Argentini?. Na het aftreden van de regering leidden beperkingen opgelegd door de nieuwe bestuurders ertoe dat de Tango in veel mindere mate werd beoefend. Na het aantreden van Juan Peron als president, steeg de populariteit van de Tango, en kwam de dans in het hele land opnieuw in de mode.
Het meest bekende cliché voor wat betreft de herkomst van de Tango, is dat de dans ontstaan is in de bordelen van Buenos Aires. Het idee is dat de bordelen de plekken waren waar de middenklassers veelal samenkwamen en de muziek en manier van dansen cre?erden. Dit had te maken met het grote tekort aan vrouwen in Buenos Aires, waardoor de prostitutie een bloeiende industrie vormde. Bordeeleigenaren begonnen Tangomusici in te huren om de, door het schaarse aantal vrouwen, grote groepen wachtende mannen te vermaken. De muzikanten speelden de muziek van de armen, maar de bordelen waren enkele van de weinige plaatsen die het zich konden veroorloven om professionele muzikanten in te huren. De wachtende mannen dansten met elkaar terwijl de muzikanten speelden.
Halverwege de negentiende eeuw besloten de Britten een spoorwegnetwerk aan te leggen door heel Argentini?. Dit maakte het transport van landbouwproducten voor export mogelijk, en tevens de explotatie van mineralen. Voor de aanleg van de spoorwegen waren arbeiders nodig, wat ertoe leidde dat de Argentijnse regering arbeidskrachten in Europa ging zoeken. Een enorme stroom immigranten begon naar Argentini? te komen, in het bijzonder naar Buenos Aires, van wie de meesten mannen waren die hoopten een paar jaar te werken en genoeg geld te verdienen om vervolgens terug te kunnen keren naar Europa.
Er was geen geld, het werk was hard, en er was een groot gebrek aan vrouwen. De enige manier voor mannen om in de buurt van de paar vrouwen die Buenos Aires telde te komen was door middel van de bordelen en de prostitutie en door middel van de Tango. Door de enorme concurrentie tussen de mannen onderling, moest een man een goed danser zijn om met een vrouw te mogen dansen. Goed kunnen dansen werd bereikt door veel te oefenen met andere mannen, om zo genoeg zelfvertrouwen en stijl te ontwikkelen om de kans te krijgen met een vrouw te dansen die niet in de prostitutie werkte. Een groep mannen greep iedere kans die er maar was om samen te dansen op live muziek, aangezien er nog geen opnames bestonden. Doel bij het dansen waren de beschikbare vrouwen die in de woonwijken woonden en niet in de bordelen. En om een vrouw voor zich te kunnen winnen was het meer dan noodzakelijk voor een man om een goed danser te zijn.
De dans is in werkelijkheid niet ontstaan in de bordelen, maar veeleer op pleintjes en in woonwijken waar de armere klassen leefden. Doordat grote groepen mensen samen in één gebouw woonden, waren er meestal wel mensen die gitaar, een blaasinstrument of viool speelden, en zo maakten ze muziek waarop gedanst kon worden. Muziek en dans werden zo de gemeenschappelijke taal die de verschillende culturen verenigde. En de verschillende muziek- en danstijlen van de immigranten leverden op hun beurt een belangrijke bijdrage aan de evolutie van de Tango.
Vandaag de dag kan men in Buenos Aires drie verschillende vormen van tango onderscheiden: de ‘Salontango’, de ‘Fantasia’, en een vorm van tango die speciaal voor het podium is gecre?erd. Doordat er tegelijkertijd andere nieuwe dansen ontstonden, hebben veel verschillende invloeden de Tango gemaakt tot wat het vandaag de dag is – zo is de ‘podiumtango’ bijvoorbeeld speciaal gecre?erd om de belangstelling van Engelssprekenden uit Noord-Amerika voor de dans te wekken. Na dansuitvoeringen van podiumtango, worden aan het publiek demonstraties en lessen aangeboden. Het verdient echter aanbeveling om de traditionele Argentijnse tango te leren als iets wat tegenover de choreografische passen van de podiumtango staat.